Betere samenwerking tussen huisartsen en complementair behandelaren

0

Patiënten met chronische klachten zetten veelvuldig complementaire zorg in: vaker dan andere patiënten. Dit gebeurt meestal als aanvulling op hun reguliere behandeling. Dat zij een acupuncturist of osteopaat bezoeken, yogalessen volgen of een mindfulnesstraining doen, vertellen zij echter vaak niet aan hun behandelend arts. Arts en complementair behandelaar hebben in de praktijk dus nauwelijks contact met elkaar. Om patiënten optimale zorg te kunnen bieden, is meer samenwerking noodzakelijk.

Maar wat hebben huisartsen precies nodig om patiënten met chronische klachten verantwoord te kunnen doorverwijzen naar een complementair behandelaar? Hoe kunnen beide beroepsgroepen beter met elkaar communiceren om betere zorg te bieden? Op deze vragen geeft het project Communicatie en verwijzing Complementaire Zorg COCOZ (2016 – 2018) onderbouwd en praktisch antwoord. Het project is op 1 december 2016 van start gegaan.

Opzet van het project

In het project werken zes beroepsorganisaties voor complementair behandelaren – die gezamenlijk ± 2.300 beroepsbeoefenaren vertegenwoordigen – voor het eerst gestructureerd samen met een groep huisartsen en drie patiëntenorganisaties op het gebied van complementaire zorg. Onder leiding van onderzoekers van het Louis Bolk Instituut en het Van Praag Instituut buigen zij zich in de komende twee jaar over betere zorg voor patiënten die zowel reguliere als complementaire zorg gebruiken. De focus ligt op het effectief verwijzen van patiënten met chronische klachten – denk aan pijn, reuma, multiple sclerose, allergieën – naar complementair behandelaars, en op betere communicatie ten behoeve van optimale zorg.
Het uiteindelijke doel is om praktische instrumenten te ontwikkelen voor arts en complementair behandelaar, zodat zij gezamenlijk betere zorg leveren voor mensen met chronische aandoeningen.
De deelnemende beroepsorganisaties voor complementair behandelaren zijn AVIG (artsen integrale geneeskunde, o.a. homeopathie en natuurgeneeskunde), NAAV (acupunctuurartsen), NCA (chiropractie), NVA (acupunctuur), NVKH (homeopathie) en NVO (osteopathie). De betrokken patiëntenorganisaties zijn MS-Anders, KVHN en PPCG.

COCOZ bouwt voort op de resultaten van de proeftuin Geïntegreerde Zorg (2011-2015) waarin onderzocht werd of integratie van complementaire zorg in de reguliere zorg de kwaliteit van leven van patiënten met chronische gewrichtsklachten kan verbeteren. Zie voor meer informatie: http://www.louisbolk.org/news/330/161/Integrale-zorgaanpak-effectief-voor-patienten-met-chronische-gewrichtsklachten/d,NLactueel

Foto: Istock

Comments are closed.